gewoon Dutch - Catalan
1.
-
Catalansimplement, només, sols
-
Dutchslechts, enkel, net, gewoon, maar
2.
-
Catalanvulgar
-
Dutchvolks, gewoon, gemeen, ordinair
3.
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgewoon
4.
5.
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgewoon
6.
-
Dutchgewoon
7.
-
Catalanquotidià
-
Dutchalledaags, banaal, gewoon
8.
-
Catalannormal
-
Dutchnormaal, normale, gewoon, gewone
9.
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgewoon
10.
11.
-
Dutchgewoon, alledaags
12.
-
Catalannormalment
-
Dutchnormaal, gewoon
13.
-
Dutchgewoonte
-
Dutchgewend, gewoon
14.
-
Catalanordinàriament
-
Dutchgewoon
15.
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
-
Catalancomú
-
Dutchgewoon
English translator: Dutch Catalan gewoon Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare