komen Dutch - Swahili
1.
-
Dutchervaren, vernemen, te weten komen, op de hoogte gesteld worden
-
Swahilipata habari
2.
-
Dutchbedragen, komen op, uitkomen op
3.
-
Dutchgroeten,tegemoet komen
4.
-
Dutcher vanaf komen
-
Swahilikwepa
5.
-
Dutchklaarkomen, komen
6.
-
Dutchbemind maken, in het gevlei komen
7.
-
Dutchuitvogelen, er achter komen, ontcijferen, doorhebben
8.
-
Dutchervaren, vernemen, te weten komen, op de hoogte gesteld worden
-
Swahilipata habari
9.
-
Dutchin een versnelling komen, schakelen
10.
-
Dutchopduiken, boven water komen, aan de oppervlakte brengen
11.
-
Dutchcompetent, in
12.
-
Dutchrebelleren, in opstand komen
13.
-
Dutchkomen
14.
-
Dutchin een versnelling komen, schakelen
15.
-
Dutchkomen
-
Swahilikuja
-
Dutchkomen
-
Dutchklaarkomen
16.
-
Dutchkomen
-
Swahilikuja
-
Dutchkomen
-
Dutchklaarkomen
17.
-
Dutchuit het ei komen
18.
-
Dutchopduiken, te voorschijn komen
19.
-
Dutch(naar) boven komen, naar buiten komen, zich vertonen, zich voordoen, blijken
20.
-
Dutchgebeuren, tot stand komen,
English translator: Dutch Swahili komen Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare