mening Dutch - Spanish
1.
-
Dutchmening
2.
3.
-
Dutchintentie, bedoeling, opzet
-
Spanishpropósitoobjetivo
4.
-
Spanishsentido
5.
-
Dutchmeningvisie
-
Spanishopinión
6.
-
Dutchik heet..., mijn naam is...
-
Spanishme llamo...
7.
-
Dutchdoelobjectief
8.
-
Dutchdoelobjectief
9.
-
Dutchdoelobjectief
10.
11.
-
Dutchexpres, opzettelijk, met voorbedachte rade qualifier
-
Spanishadrede, a propósito, intencionalmente
12.
-
Dutchmeningvisie
-
Spanishopinión
13.
-
Dutchkloppen, zinvol zijn, betekenisvol zijn
-
Spanishtener sentido, ser lógico, encajar, cuadrar
-
Dutchkloppen, zinvol zijn, betekenisvol zijn
-
Spanishtener sentido, ser lógico, encajar, cuadrar
14.
-
Dutchvan mening verschillen, een afwijkende mening hebben, een minderheidsstandpunt innemen
-
Spanishdiscrepar, disentir
-
Dutchafwijking van mening
-
Spanishdisenso
15.
-
Dutchoordeel
16.
-
Dutchvan mening zijn dat, opiniëren
-
Dutchvan mening zijn, opiniëren, menen
-
Spanishopinar
17.
-
Dutchnaar mijn mening
-
Spanishen mi opinión
18.
19.
-
Dutchverschil van mening, meningsverschil
-
Dutchcheckovereenstemming
20.
-
Dutchverschillen
21.
-
Dutchvan mening veranderen,
English translator: Dutch Spanish mening Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare