machen Dutch - Georgian
1.
-
Dutchwakker maken, wekken
-
Georgianგააღვიძებს
2.
-
Georgianგამოწრთობა
3.
-
Dutchreinigen
4.
-
Dutchconserveren
5.
-
Dutchsolo
6.
-
Dutchongedaan maken, tenietdoen, ontdoen
-
Georgianგაუქმებაანულირება
-
Dutchlosmaken
-
Georgianგახსნა, შეხსნა
7.
-
Dutchverlegen maken, in verlegenheid brengen
8.
-
Dutchscoren
9.
10.
-
Dutchgrappen, grappenmaken
-
Georgianხუმრობა, ოხუნჯობა, ლაზღანდარობა
11.
-
Dutchlawaaigeluid
-
Georgianხმაური
12.
-
Dutchintrekken, herroepen
13.
-
Georgianneeded
14.
-
Dutchontkrachten,verzwakken
15.
-
Dutchcomplimenteren, een compliment geven
16.
-
Georgianneeded
17.
18.
-
Dutchherdoen
19.
-
Dutchwakker maken, wekken
-
Georgianგააღვიძებს
20.
-
Dutchoverbodig omzeilen
21.
-
Dutchheiligen
22.
23.
-
Dutcheen fout vergissing maken, zich vergissen
24.
-
Dutchbang beangstigen
-
Georgianშეშინება
25.
-
Dutchopwinden, heet worden
26.
-
Dutcheen buiging maken, zich buigen
27.
-
Georgianneeded
28.
-
Dutchplassen, urineren
-
Georgianშარდვა
29.
30.
-
Georgianneeded
31.
-
Georgianneeded
32.
-
Dutchomlopen, omrijden etc.
33.
-
Dutchtenietdoen
34.
35.
-
Dutcheen bestek opmaken, een (prijs)offerte doen
36.
37.
-
Georgianneeded
38.
-
Dutchneeded
39.
-
Dutchterugtrekken, annuleren, herroepen
40.
-
Dutchbevuilen, bezoedelen
41.
42.
43.
-
Dutchop vakantie gaan
44.
-
Dutchdoezelen
-
Georgianწაუძინებს, თვლემა
45.
-
Georgianგაცოფებაგაშმაგება
46.
47.
-
Dutchkloppen, zinvol zijn, betekenisvol zijn
-
Dutchkloppen, zinvol zijn, betekenisvol zijn
48.
-
Dutchverbijsteren
-
Georgianდაბნევა
49.
-
Dutcheen uitval doen
50.
-
Dutchbeschuldigen, verwijten, wijten
51.
-
Dutchfalen
52.
-
Dutchten huwelijk vragen
53.
-
Dutchknevelen
54.
-
Dutchplezierig, leuk, lollig, plezant (Flanders)
-
Georgianneeded
55.
-
Dutchverarmen
56.
-
Dutchergeren
57.
-
Dutchbelonen, verlenen, afstaan
58.
-
Dutchgrand écart
59.
-
Dutchwakker maken, wekken
-
Georgianგააღვიძებს
60.
-
Dutchridiculiseren, belachelijk bespotten
-
Georgianneeded
61.
-
Dutchbezorgd zijn, zich zorgen maken
-
Georgianneeded
62.
-
Georgianგაწყვიტა ურთიერთობა
63.
-
Dutchpruilen
64.
-
Dutchhet bed opmaken
65.
-
Dutchspringen, wippen, huppen
-
Georgianneeded
66.
-
Dutchhet hof maken
-
Georgianneeded
67.
68.
-
Dutchzich onderdanig
69.
-
Georgianგაწყვიტა ურთიერთობა
70.
-
Dutchveroorzaken
71.
-
Dutchberispen
72.
-
Dutchrechtsomkeert maken
73.
-
Dutchvan een mug een olifant maken, (Flanders also) van een muis een olifant maken
74.
-
Dutchhet hof maken
-
Georgianneeded
75.
-
Dutchplezierig, leuk, lollig, plezant (Flanders)
-
Georgianneeded
76.
-
Dutchplassen, pipi
77.
-
Dutchintroduceren, voorstellen
78.
-
Dutchopeisen, doen gelden
79.
-
Dutchvrijmaken, bevrijden
80.
-
Dutchrond de pot draaien
-
Georgianმიკიბვ-მოკიბვა
81.
82.
-
Dutchdesambigueren
83.
-
Georgianneeded
84.
-
Georgianneeded
English translator: Dutch Georgian machen Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare