maar Dutch - Japanese
1.
2.
3.
-
Dutchhoewel, maar
-
Japaneseしかし
-
Japanesecheckにもかかわらずとはいえといっても
4.
-
Japanese火山湖
5.
-
Japaneseneeded
6.
-
Dutchbuilding waarbij iedere flat individuele eigendom is maar de gronden gemeenschappelijk
-
Japaneseマンションコンドミニアム
7.
8.
-
Dutchmaar toch
9.
-
Dutchgeen problee, maar natuurlijk
-
Japanese問題はありません問題はない
10.
11.
-
Dutchwas het maar zo dat, or use auxiliary hebben with inversion and
-
Japanesequalifierja
-
Dutchwas het maar zo dat, or use auxiliary hebben with inversion and
-
Japanesequalifierja
12.
-
Dutchzeg maar, met andere woorden
-
Japaneseつまり
English translator: Dutch Japanese maar Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare