antaa Dutch - Arabic
1.
2.
3.
-
Dutchopgeven, prijsgeven, overgeven
4.
-
Dutchtoevertrouwen
5.
-
Dutchopdragen
6.
-
Dutchopgeven
7.
-
Dutchpromoveren
8.
-
Dutchtoewijzen
9.
-
Arabicأَعْطَى imperfect: وَهَبَ, مَنَح
-
Dutchgeven, overhandigen
10.
-
Dutchvergeven, absolveren
11.
-
Dutchuitgeven, uitdelen, verdelen
12.
13.
-
Arabicعَفَا, غَفَرَ
14.
-
Arabicneeded
-
Dutchnooit opgeven!, geef niet op!
15.
-
Arabicneeded
16.
-
Dutchbillenkoek
17.
-
Arabicيَااللّٰه
-
Dutchkom op, ko, kom aan
18.
-
Dutchopdragen
19.
-
Dutchuitbetalen
20.
-
Dutcheen
21.
-
Arabicاِنْطَوَى
22.
23.
-
Dutchkotsen
24.
25.
-
Dutchbelonen, verlenen, afstaan
26.
-
Arabicسَمَحَ
-
Dutchlaten, toestaan
27.
-
Dutchvoorschieten
28.
-
Dutchtoekennen, schenken
29.
-
Arabicneeded
30.
-
Dutchleef en laat leven
31.
-
Dutchdoen vermoeden, suggereren
32.
-
Dutchovergeven
33.
-
Arabicاِسْتَثْنَى
-
Dutchuitsluiten, uitzonderen
34.
-
Arabicneeded
35.
-
Arabicيقدر
-
Dutchwaarderen, appreciëren, dankbaar zijn voor
36.
-
Dutchbewegen
-
Dutchtoegeven, meegaan
37.
38.
-
Dutchvergeven
39.
-
Dutchonderbrengen
40.
-
Dutchbeantwoorden
41.
-
Dutchgoedkeuren
42.
-
Dutchbijnamen
43.
-
Dutchloslaten
44.
-
Arabicسَامَحَ, غَفَرَ
-
Dutchvergeven
45.
-
Arabicسَمَحَ بِ
46.
-
Dutchtoegeven
47.
-
Dutchcheckinleveren
48.
-
Dutchtoeschrijven, toedenken
English translator: Dutch Arabic antaa Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare