verzaken Dutch - Esperanto

1.


2.


3.

  • Dutchopgeven, loslaten, verzaken, afstand doen van


  • Dutchopgeven, loslaten, verzaken (ann)


4.

  • Dutchnalaten, verzaken


5.

  • Dutchafzien van, laten varen, opgeven, verzaken


  • Dutchafzien van, laten varen, opgeven, verzaken


6.

  • Dutchachterlaten, in de steek laten, verlaten, begeven qualifier

  • Esperantoforlasi, postlasi


7.

  • Dutchafzweren, verzaken aan een eed


  • Dutchafzweren, herroepen, qualifiernl


8.

  • Dutchverwerpen, ontzeggen, verzaken, afzweren





English translator: Dutch Esperanto verzaken  Eesti sõnaraamat   Español Traductor   Svenska Översättare