grać Polish - Dutch

1.

  • Dutchoptreden (on stage), spelen (general), opvoeren (on stage), acteren (general), toneelspelen (on stage)

  • Polishgrać


2.


3.

  • Dutchoptreden (on stage), spelen (general), opvoeren (on stage), acteren (general), toneelspelen (on stage)

  • Polishgrać


4.

  • Dutchoptreden (on stage), spelen (general), opvoeren (on stage), acteren (general), toneelspelen (on stage)

  • Polishgrać


5.

  • Dutchoptreden (on stage), spelen (general), opvoeren (on stage), acteren (general), toneelspelen (on stage)

  • Polishgrać


6.

  • Dutchoptreden (on stage), spelen (general), opvoeren (on stage), acteren (general), toneelspelen (on stage)

  • Polishgrać





English translator: Polish Dutch grać  Eesti sõnaraamat   Español Traductor   Svenska Översättare