sett Faroese - Dutch
1.
2.
-
Dutchzetten, neerzetten
-
Dutchbepalen
-
Dutchaanpassen, instellen
-
Dutchharden
-
Dutchtoestel
-
Dutchverzameling
3.
-
Dutchessentieel
4.
-
Dutchzetten, neerzetten
-
Dutchbepalen
-
Dutchaanpassen, instellen
-
Dutchharden
-
Dutchtoestel
-
Dutchverzameling
5.
6.
-
Dutcheigenlijk, in werkelijkheid, feitelijk
7.
-
Dutchtechnisch gesproken, strikt genomen
English translator: Faroese Dutch sett Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare