luovuttaa Dutch - Hungarian
1.
2.
-
Dutchtoevertrouwen, toewijzen
-
Hungarianrábíz
3.
-
Dutchopgeven
4.
-
Hungarianátruház, átenged
5.
-
Dutchopgeven, loslaten, verzaken, afstand doen van
-
Dutchloslaten, vrijlaten
6.
-
Dutchop rente gaan
-
Hungarianleteszi a lantot
7.
-
Dutchophouden met, stoppen (met), opgeven
-
Hungarianabbahagy
8.
-
Dutchbevelen in ... (van ...), aanbevelen, overdragen aan
9.
-
Dutchopgeven, prijsgeven
-
Dutchafzien (van), afstand doen (van), terugnemen
10.
-
Dutchzich overgeven
-
Hungarianfelad
-
Dutchafzien
-
Hungarianátad
-
Hungarianfelad
11.
-
Dutchovergeven
12.
13.
-
Hungarianbead, lead, benyújt
14.
-
Dutchuitleveren, uitzetten
15.
-
Dutchontzeggen,
English translator: Dutch Hungarian luovuttaa Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare