<>

opzettelijk Dutch - German

1.


2.


3.

  • Dutchexpres, opzettelijk, met voorbedachte rade qualifier

  • Germanmit Absicht, absichtlich, vorsätzlich, extra, bewusst, mit Vorbedacht


4.

  • Dutchopzettelijk, met opzet, met voorbedachte rade

  • Germanvorsätzlich, mit Vorsatz, geplant, vorher überlegt


5.

  • Dutchopzettelijk, opzettelijke, met opzet, voor expres (Flanders)

  • Germanabsichtlich, bewusst, vorsätzlich


6.

  • Dutchbewust, expres, opzettelijk, met opzet

  • Germanmit Absicht, absichtlich





English translator: Dutch German opzettelijk  Eesti sõnaraamat   Español Traductor   Svenska Översättare