zwaar Dutch - Portuguese
1.
-
Dutchdiep, zwaar
-
Portuguesegrave
2.
3.
-
Dutchzwaar water
-
Portugueseágua pesada
4.
-
Dutchgeladen, zwaar
5.
6.
-
Dutchuitputtend, zwaar, moeizaa
-
Portugueseárduo
-
Dutchuitputtend, zwaar, steil, moeilijk te beklimmen
-
Portugueseárduo
7.
-
Dutchzwaar water
-
Portugueseágua pesada
8.
9.
-
Dutchdiep, zwaar
-
Portuguesegrave
10.
11.
-
Dutchmoeilijk, zwaar
-
Portuguesedifícil
-
Dutchmoeilijk, zwaar
-
Portugueseduro, difícil, árduo
12.
-
Dutchhinderlijk, lastig, moeilijk, moeizaa, zwaar
-
Portugueseincómodo qualifier
-
Dutchlastig, moeilijk, moeizaa, onhandig, zwaar
-
Portuguesedesajeitado
13.
-
Dutchzwaar, hard, veeleisend
-
Portugueseexigente
14.
-
Dutchte zwaar
-
Portuguesecom excesso de peso
-
Dutchte zwaar
15.
-
Dutchwreed, zwaar
-
Portugueseduro, severo, grosso, grosseiro, cruel
-
Dutchcheckruw
16.
-
Dutchfors, zwaar, zwaar
17.
-
Dutchzwaar, zware
18.
-
Dutchmoeilijk, zwaar
-
Portuguesedifícil
-
Dutchmoeilijk, zwaar
-
Portugueseduro, difícil, árduo
19.
-
Dutchzwaar misdrij
-
Portuguesecrime grave
English translator: Dutch Portuguese zwaar Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare