vormen Dutch - Portuguese

1.

• Dutchvormen

• Portuguesecompor, constituir

2.

• Dutcheen abces vormen

• Portugueseabsceder

3.

• Dutcheen tapijt vormen, bedekken (met)

4.

• Dutchtot een kubus vormen

• Portuguesedar forma de cubo a

5.

• Dutchvormen, vormgeven

• Portugueseformar

6.

• Dutchvormen

• Portuguesefazer

7.

• Dutchuitmaken, vormen

• Portuguesecompor

8.

• Dutchvormen, modelleren, boetseren,

• Portuguesemoldar

9.

• Dutchvormen

• Portuguesefazer

10.

• Dutchcheckzich groeperen, checkzich verenigen, checksamengaan, checkeen club vormen

11.

• Dutchcheckzich groeperen, checkzich verenigen, checksamengaan, checkeen club vormen

12.

• Dutchcheckopwegen tegen, checkeen tegengewicht vormen voor

• Portuguesecontrabalancear, contrapesar

• 
  

• Dutchcheckopwegen tegen, checkeen tegenkracht vormen voor

• Portuguesecontrapesar

13.

• Dutchvormen

• Portuguesemoldar

14.

• Dutchcheckzich groeperen, checkzich verenigen, checksamengaan, checkeen club vormen

15.

• Dutchcheckzich groeperen, checkzich verenigen, checksamengaan, checkeen club vormen

English translator: Dutch Portuguese vormen  Eesti sõnaraamat   Español Traductor   Svenska Översättare