hoogte Dutch - Hungarian
1.
-
Dutchhoogte
-
Hungarianmagasság
-
Dutchhoogte
-
Hungarianmagasság
-
Dutchhoogte
-
Hungarianmagasság
-
Dutchhoogte
-
Hungarianmagasság
2.
-
Dutchervaren, vernemen, te weten komen, op de hoogte gesteld worden
3.
-
Dutchwaarschuwen, op de hoogte stellen
4.
-
Dutchervaren, vernemen, te weten komen, op de hoogte gesteld worden
5.
-
Dutch(verb) met een forse beweging de hoogte ingaan,
6.
-
Dutchop de hoogte, bekend, goed ingelicht, welingelicht, met zijn tijd mee
7.
-
Dutchop de hoogte zijn
-
Hungarianchecktudatában van
8.
-
Dutchinlichten, "keep someone apprised" = iemand op de hoogte houden
English translator: Dutch Hungarian hoogte Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare