iets Dutch - German
1.
-
Dutchiets afbreken, neerhalen
2.
3.
-
Dutchaan
-
Germanan etw. appelieren
-
Dutchverwijzen naar
4.
-
Dutch(iets) liefs gnl
5.
6.
-
Dutchabstract iets
7.
-
Dutchiets verdacht vinden
-
Germaneinen Verdacht haben
8.
-
Dutch(een) afschuwelijk iets, gruwel
-
GermanAbscheulichkeit
9.
-
Dutchiets afhankelijks
-
GermanAbhängigkeit
10.
-
Dutchiets, alles, wat dan ook
-
Germanirgendetwas, irgendwas
11.
-
Dutchanders nog iets
-
Germansonst noch etwas
English translator: Dutch German iets Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare