plaats Dutch - French
1.
-
Dutchpleinplaats
-
Frenchplace
2.
-
Dutchplaats, localiteit
-
Frenchlieu
-
Dutchmeetkundige plaats
-
Frenchlieu
-
Frenchlocus
3.
-
Dutchin plaats van
-
Frenchà la place de, au lieu de
4.
-
Dutchin plaats van
-
Frenchà la place de, au lieu de
5.
6.
-
Dutchin de eerste plaats, bovenal, om te beginnen
-
Frenchtout d’abord, en premier lieu
7.
8.
-
Dutchin plaats van
9.
-
Dutch2de plaats
-
Frenchvice-champion
10.
11.
-
Dutchpuntplaats
-
Frenchpoint
12.
-
Dutchpuntplaats
-
Frenchpoint
13.
-
Dutchpuntplaats
-
Frenchpoint
14.
-
Dutchin plaats van
-
Frenchà la place, au lieu
15.
-
Dutchgeplaatst
-
Frenchclassement
-
Dutchklassementplaats
-
Frenchclassement
16.
-
Dutchin plaats van
-
Frenchau lieu de
17.
-
Dutchoord
18.
-
Dutchin plaats van
-
Frenchau lieu de
19.
20.
21.
-
Dutchallereerst, in de eerste plaats
-
Frenchen premier lieu, qualifierfr
22.
-
Dutchop zijn plaats
-
Frenchde circonstance
23.
-
Dutchin plaats van
-
Frenchau lieu de
24.
-
Dutchplaats
-
Frenchlieusituation
English translator: Dutch French plaats Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare