absoluut Dutch - Czech
1.
-
Czechnaprosto
-
Dutchabsoluut
-
Dutchabsoluut, onafhankelijk
-
Dutchabsoluut, werkelijk, echt, beslist, zeker, ontegenzeglijk
2.
-
Czechabsolutní
-
Dutchabsoluut
-
Czechabsolutní
-
Dutchvolkomen
-
Dutchabsoluut, volstrekt
-
Dutchabsoluut
-
Czechabsolutní
-
Dutchabsoluut
-
Czechjistý
-
Dutchabsoluut, onbetwistbaar
-
Dutchabsoluut, autoritair
-
Czechčistý
-
Dutchabsoluut, onvermengd, rein, puur, onversneden
-
Dutchabsoluut
-
Dutchabsolute
3.
-
Czechbezvýhradný
-
Dutchabsoluut
4.
-
Dutchabsoluut gehoor
5.
-
Dutchin geen geval, absoluut niet
English translator: Dutch Czech absoluut Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare