mettre Thai - Dutch
1.
-
Dutchopvoeren
-
Dutchensceneren
2.
-
Dutchin praktijk zetten
3.
-
Dutchspelen, afspelen
4.
-
Dutchleggen
5.
-
Dutchaantrekken, aandoen
-
Thaiใส่สวมใส่สวม
6.
-
Dutchdekken
7.
-
Dutchinpakken, verpakken
8.
-
Dutchflikker op, optiefen, oppleuren, ophoepelen, oprotten, opflikkeren,
-
Thaiไสหัว
-
Dutchflikker op, optiefen, oppleuren, ophoepelen, oprotten, opflikkeren,
-
Thaiไสหัว
9.
-
Dutchaantrekken, zich
-
Thaiใส่
10.
-
Dutchinpakken, verpakken
11.
-
Dutchposten, op de post doen, versturen, verzenden
-
Thaineeded
12.
-
Dutchin vraag stellen
13.
-
Dutchafzonderen
14.
-
Thaineeded
15.
-
Dutchinpakken, verpakken
16.
-
Thaiใส่
17.
-
Dutchin de schede steken, terugtrekken
18.
-
Dutchstarten
19.
-
Thaiเปิด
20.
-
Dutchcheckvullen
21.
-
Dutchlammeren
22.
-
Dutchplaatsen
23.
-
Dutchgeënsceneerd
24.
-
Dutchplaatsen
25.
-
Dutchzetten, plaatsen, leggen, doen, stellen
-
Thaiวาง
-
Dutchstellen, brengen
26.
-
Dutchbedreigen, in gevaar brengen
27.
28.
-
Thaiเปิด
29.
-
Dutchdekken
30.
-
Dutchplunderen
31.
-
Dutchop nul zetten
32.
-
Dutchdoorprikken, ontmaskeren
33.
-
Dutchopstaan
-
Dutchrechtzetten, zetten, rechtstellen, stellen
34.
-
Dutchbundelen
35.
-
Dutchopslaan, opbergen, verstoppen
36.
-
Dutchaarden
37.
-
Dutchsluiten, beëindigen
38.
-
Dutchbijwerken, op punt stellen
39.
-
Dutchannuleren
40.
-
Dutchsuspenderen
41.
-
Dutchbottelen
42.
43.
-
Dutchbelemmeren, ten val brengen, hinderen
44.
-
Dutchgaan, verlaten
45.
-
Dutchbereiden, voorbereiden, opzetten
46.
-
Dutchvervangen, substitueren
47.
-
Dutchplechtig beloven
-
Thaineeded
-
Dutchverpanden
-
Thaiจำนำ
48.
-
Dutchinblikken, conserveren
49.
-
Dutchcheckin quarantaine plaatsen/zetten
50.
-
Dutchdrogen
English translator: Thai Dutch mettre Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare