flytja Spanish - Dutch

1.


2.

  • Dutchbewegen, zich bewegen, zich verplaatsen

  • Spanishmoverse


  • Dutchverhuizen

  • Spanishmudar


  • Dutch(doen) bewegen, verroeren, roeren

  • Spanishmover


  • Dutchverzetten, verplaatsen

  • Spanishtrasladar


  • Dutchdrijven, aanzetten, aansporen, bewegen





English translator: Spanish Dutch flytja  Eesti sõnaraamat   Español Traductor   Svenska Översättare