normal Maltese - Dutch
1.
-
Dutchabnormaal
-
Dutchabnormaal, afwijkend
2.
-
Dutchpremie
3.
-
Dutchvet, dik, gezet, corpulent, volslank
4.
-
Dutch(the adverb is usually the same as the adjective: no change in form), -erwijs, -lijk
5.
-
Dutchloodlijn
6.
-
Dutchzwaar water
7.
-
Dutchtemperament
8.
-
Dutchherstel
9.
-
Dutchviool, vedel
10.
-
Dutchsubliminale reclame
11.
-
Dutchbreedbeeld
12.
-
Dutchniet op volgorde
13.
-
Dutchexciteren
14.
-
Dutchhebben, zijn
15.
-
Dutchnormaal
16.
-
Dutchafwijking, anomalie, abnormaliteit
-
Dutchafwijking, anomalie, misvorming
17.
-
Dutchchecksummier
18.
-
Dutchonvolgroeid blijven
19.
-
Dutchgênant
20.
-
Dutchzwaar water
21.
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
22.
-
Dutchpathologie
23.
24.
-
Dutchparagnost
25.
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
26.
-
Dutchkaal
27.
-
Dutchnormaliteit
28.
29.
-
Dutch-ste
30.
-
Dutchnormaalverdeling, normale verdeling, gaussverdeling
31.
-
Dutchgewoon
32.
-
Dutchjodelen
33.
-
Dutchvreemd, raar
34.
-
Dutchabnormaal
35.
-
Dutchdeeltijds
36.
-
Dutchachteruit
37.
-
Maltesenormali
-
Dutchnormaal, normale, gewoon, gewone
38.
-
Dutchgemeen, gemene, gewoon, gewone
39.
-
Dutchaberratie, afwijking
-
Dutchaberratie
-
Dutchcheckaberratie
40.
-
Dutchaberratie, afwijking
-
Dutchaberratie
-
Dutchcheckaberratie
41.
-
Dutchgewoon
42.
-
Dutchnormaliteit
43.
-
Dutchnormaal, normaliter, normaal gesproken, normaal gezien, normalerwijze
-
Dutchnormaal, gewoon
44.
-
Dutchpuilen, uitpuilen
45.
-
Dutchbovennatuurlijk
-
Dutchvreemd, raar, ongewoon, bizar, eigenaardig, merkwaardig
46.
-
Dutchasplenie
47.
-
Dutchnormaliseren
-
Dutchnormaliseren
-
Dutchnormaliseren
48.
-
Dutchmiddenschool
English translator: Maltese Dutch normal Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare