flikker Dutch - Afrikaans
1.
-
Dutchadamskostuumflikker
2.
-
Dutchflikker op, optiefen, oppleuren, ophoepelen, oprotten, opflikkeren,
3.
-
Afrikaansmoffie, moffies
-
Dutchflikker, homoanusridder
4.
-
Afrikaansfoko
-
Dutchflikker op, optiefen, oppleuren, ophoepelen, oprotten, opflikkeren,
-
Afrikaansfoko
-
Dutchflikker op, optiefen, oppleuren, ophoepelen, oprotten, opflikkeren,
5.
-
Dutchrot op, donder op, flikker op, krijg de kanker, krijg de tering
-
Dutchrot op, donder op, flikker op, krijg de kanker, krijg de tering
6.
-
Dutchflikker op, optiefen, oppleuren, ophoepelen, oprotten, opflikkeren,
7.
-
Dutchflikker op, optiefen, oppleuren, ophoepelen, oprotten, opflikkeren,
English translator: Dutch Afrikaans flikker Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare