loslaten Dutch - Norwegian
1.
2.
-
Dutchloslaten, verlossen
-
Dutchloslaten
3.
-
Dutchloslaten, verlossen
-
Dutchloslaten
4.
-
Dutchloslaten, vrijlaten
5.
-
Dutchopgeven, loslaten, verzaken, afstand doen van
-
Norwegiangi opp
-
Dutchloslaten, vrijlaten
-
Dutchopgeven, loslaten
-
Norwegianå gi opp
-
Dutchopgeven, loslaten, verzaken (ann)
6.
-
Dutchloslaten
English translator: Dutch Norwegian loslaten Eesti sõnaraamat Español Traductor Svenska Översättare